Wie vanaf juli het gras korter dan 3/4 cm maait, moet er rekening houden dat er kale plekken, mos en onkruid in het gazon zullen komen. Als in extreme gevallen sproeien verboden is en grote hitte en droogte heersen, moet pas bij 8/10 cm hoogte tot 5/6 cm gemaaide worden. Het afgemaaide gras blijft liggen om de verdamping te voorkomen.
Een lichte droogte kan nuttig zijn, omdat de grassen zich dan goed vertakken en zo goed dicht worden. Bij aanhoudende droogte moet het oppervlak zo mogelijk gesproeid worden. Het te vluchtig sproeien komt de wortels niet ten goede. Zo ziet het gazon er snel slecht en grijs uit Omdat het gras honger lijdt, kunnen de voedingstoffen alleen met water opgenomen worden. Bij oudere gazons zijn de wortels vaak zo dicht geworden, dat het een tijdje duurt tot het water diep genoeg ingedrongen is.
Verlies het gras in de zomer zijn groene kleur en wordt het vanaf de bladtoppen geel, dan kan ook een gebrek aan voedingstoffen de oorzaak zijn. Volgens het bemestingsschema kan men enkelvoudige of samengestelde meststoffen gebruiken.
Moeilijk te bestrijden onkruid is een groot probleem voor het gazon. Het kan opgelost worden door een speciale onkruidverdelger volgens gebruiksaanwijzingen toe te passen. Dit moet wel gebeuren met grote tussenpozen en door water te geven.